’s Ochtends is het koud buiten (12 graden om een uur of 11). We hebben bij het elektrische kacheltje gezeten om onze koude tenen wat op te warmen.
Later schoot de temperatuur omhoog; het wordt erg warm en Orange en ik halen zelfs een ijsje. Het verbaast me dat in zo’n kort tijdsbestek de temperatuur zo kan veranderen (“Four Season in One Day”).
Ook in andere delen van Australië is het warm. Er zijn enorme bosbranden in de Blue Mountains, vlakbij Sydney. Ze zeggen dat het ergste nog moet komen. Later deze week zijn er temperaturen van ongeveer 40 graden voorspeld.
De rook hangt in Sydney. Vanaf de ene kant van Bondi Beach is de andere kant niet te zien. En zo’n ontzettend grote baai is dat nou ook weer niet.
Met de televisiebeelden van die bosbranden nog in ons achterhoofd zoeken we ons bed op. Nog amper in slaap, schrikken we wakker van een hard geluid; een alarm; een BRANDalarm???
We gaan het bed uit en kijken uit het raam of we iets zien. We zien niets bijzonders en omdat ook Liza haar bed niet uit komt gerend, gaan we er maar van uit dat de kust veilig is en kruipen we weer tussen de lakens.
De volgende ochtend vragen we Liza ernaar. Het bleek een alarm te zijn om de mensen van de lokale vrijwillige brandweer op te roepen. Waarschijnlijk was er in de buurt een ongeluk gebeurd.
Maar met de beelden van de bosbranden rond Sydney nog op ons netvlies, was dit alarm behoorlijk schrikken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten